De vraag of leerlingen succesvol zijn op school of het risico lopen de school voortijdig te verlaten is grotendeels afhankelijk van hun sociaaleconomische status. De effecten van de sociaaleconomische status zijn duidelijk aanwezig in alle onderwijs- en opleidingsstelsels van Europa. Kinderen met een zwakkere sociaaleconomische achtergrond hebben minder kans om deel te nemen aan en te profiteren van onderwijs en opvang voor jonge kinderen dan kinderen uit meer bevoorrechte milieus. Het initiële nadeel kan gedurende de schooljaren worden versterkt als er geen aanvullende ondersteuning wordt geboden om kinderen te helpen lacunes in het leerproces weg te werken. Van gelijke participatie aan onderwijs en opvang voor jonge kinderen van goede kwaliteit is echter gebleken dat het een van de meest doeltreffende methoden is voor de bestrijding van sociaaleconomische ongelijkheden in leerprestaties.
Shutterstock.com
Uit de PISA-resultaten van de OESO blijkt ondubbelzinnig dat de sociaaleconomische achtergrond van de ouders een bepalende factor is voor de leerprestaties op het gebied van basisvaardigheden inzake rekenen en taal. Zo is het aandeel leerlingen die voor wiskunde onder de minimumnorm presteren, het hoogst bij leerlingen in het laagste kwart van de sociaaleconomische index.
De invloed van de sociaaleconomische status, de familiale achtergrond en de leeromgeving thuis blijft voor opeenvolgende generaties even sterk. De sterke intergenerationele invloed op het opleidingsniveau kan worden gezien als een falen van het onderwijs- en opleidingsstelsel om zo veel mogelijk effectieve kansen te scheppen voor alle leerlingen. In dit verband is leren in familieverband een manier om dit reeds lang bestaande verband om te keren.
Strategieën ter bestrijding van de prestatiekloof kunnen bestaan uit een reeks maatregelen, gaande van het aanpakken van sociaaleconomische segregatie tussen en binnen scholen, het uitstellen van leerlingenselectie, het uitbreiden van leermogelijkheden binnen en buiten de school, tot het verwelkomen en ondersteunen van de betrokkenheid van ouders vanaf de vroegste stadia van het onderwijs.
Een eerste stap in de richting van het waarborgen van gelijke toegang en kansen tot onderwijs, is deze leerlingen de materiële en/of financiële ondersteuning bieden om regelmatig naar school te gaan, waaronder: gratis vervoer, boeken, accommodatie of beurzen voor oudere leerlingen en mogelijkheden voor kinderopvang voor tienermoeders. In combinatie met bijkomende leeractiviteiten kunnen gratis maaltijden ook buiten de reguliere programma's rond maaltijden op school eveneens de juiste ondersteuning bieden voor kinderen met een zwakke sociaaleconomische achtergrond.
Meer informatie:
Europese Commissie, Onderwijs- en opleidingenmonitor 2015, Bureau voor publicaties van de Europese Unie, Luxemburg.
Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek van de Europese Commissie, Reading Literacy in EU Countries: Evidence from PIRLS, wetenschappelijke en beleidsverslagen van het JRC, Bureau voor publicaties van de Europese Unie, Luxemburg, 2013.
Heckman, J.J., "Invest in early childhood development: Reduce deficits, strengthen the economy", The Heckman Equation, National Institute for Early Childhood Education Research, New Brunswick, New Jersey, 2012.
Lavrijsen, J., en Nicaise, I., Educational tracking, inequality and performance. New evidence using differences-in-differences, VFO-SSL, Leuven, 2014.
OESO, Low-Performing Students: Why They Fall Behind and How to Help Them Succeed, OESO, Parijs, 2016.
OESO, Equations and Inequalities, Making Mathematics Accessible to All, OESO, Parijs, 2016.
OESO, Starting Strong IV: Monitoring Quality in Early Childhood Education and Care, OESO, Parijs, 2015.
OESO, PISA 2012 Results: Excellence through Equity, Giving Every Student the Chance to Succeed, Volume II, OESO, Parijs, 2013.
OESO, Equity and Quality in Education: Supporting Disadvantaged Students and Schools, OESO, Parijs, 2012.